Aanpak

Indicatoren ter waardering van circulair bouwen.

Circulair bouwen streeft een aantal verschillende, soms uiteenlopende doelen na. Belangrijk onderscheid is de invloed op enerzijds de productie- en anderzijds de gebruiksfase. Zo moet bij de keuze voor circulaire producten in de openbare ruimte tijdens productie een balans worden gevonden tussen het beschermen van waarde, milieu en materiaal. Gedurende de gebruiksfase wordt tussen klimaat, ecologie en de voordelen voor de mens gedifferentieerd. Concreet betekent dit dat er bij de afweging en prioritering van producten onderscheid gemaakt dient te worden tussen de volgende indicatoren.

Productiefase

  • Milieu (MKI): Het beperken van de CO2-uitstoot door middel energiebesparing en het gebruik van groene energie tijdens productie.
  • Materiaal: Het beperken van materiaalgebruik door recycling, efficiënt ontwerp of het gebruik van hernieuwbare materialen.
  • Waarde (TCO): Het faciliteren van toekomstige geldbesparing door winst op lange termijn.

Gebruiksfase

  • Klimaat: Het verbeteren van de lucht, bodem en waterkwaliteit en het voorkomen van watertekort, water- en hitteoverlast.
  • Ecologie: Het bijdragen van producten aan verbetering van biodiversiteit en ecologische structuren.
  • Welzijn: Het verbeteren van de capaciteit om te voorzien in menselijke behoeften, zoals gezondheid, veiligheid, en vrijheid.

Scope

Een circulaire openbare ruimte is een toekomstbestendige buitenruimte, die is ingericht met circulaire materialen, flexibel kan omgaan met klimaatveranderingen (zoals temperatuurschommelingen en neerslagpieken) en gebruik maakt van ecosysteemdiensten. Hiermee creëer je een hoogwaardige omgeving voor gebruikers en omwonenden. Om deze doelen te bereiken zijn tal van maatregelen aanwezig die tijdens de marktinventarisatie zijn uitgevraagd, ze zijn gestructureerd naar de vier onderstaande categorieën. Elke categorie wordt kort omschreven gevolgd door enkele productvoorbeelden.

Alle producten die te maken hebben met planten en de onderkant van het maaiveld.

Alle soorten bevestiging van wegen binnen een wijk.

Het netwerk van verschillende stromen (energie, water, wegen) binnen de wijk.

De losstaande onderdelen die de wijk aankleden.