Wat is een circulaire openbare ruimte?

Er bestaat geen blauwdruk voor een circulaire openbare ruimte. De inrichting van de openbare ruimte is context en visie afhankelijk. Bij een nieuwe ontwikkeling bepaal je eerst de gewenste (toekomstige) identiteit en uitstraling van het gebied. Deze identiteit richt je op een zo circulair mogelijke manier in. Het ontwerp, dat past bij het karakter van het gebied, wordt vervolgens op een zo duurzaam mogelijke manier uitgevoerd.

Hoe ontwerp je de circulaire openbare ruimte?

Judit Gaasbeek Janzen (OD205), Peter Kreukniet (Insert) en Mayte de Vries en Maarten van ’t Eind (gemeente Almere) presenteerden hun oplossingen en bevindingen. Tanja van der Kroon, Green Value Creation, schreef een blog in aanloop naar deze middag en ging in gesprek met Melanie Petit dit de la Roche, gebiedsontwikkelaar BPD, over de waarde van openbare ruimtes. Wat nu als pionieren voelt in inrichting en toepassingen, zal over een aantal jaar ongetwijfeld tot versnelling zijn gekomen. We nemen je mee in de te zetten stappen.

1. Inventarisatie, wat hebben we en waar willen we heen?

Bij de inventarisatie breng je in kaart wat je hebt. Hoe ziet het gebied eruit? Uit welke materialen bestaat het gebied? Daarnaast schets je een stip op de horizon: wat wordt de toekomstige functie van het gebied? Wat wordt de uitstraling van het gebied? Hendrik-Ido-Ambacht heeft ambitieuze doelstellingen.

Zo wil het bedrijventerrein een circulair bedrijventerrein worden met een positieve voetafdruk inclusief cradle-to-cradle aanpak. Ook leeft de ambitie de openbare ruimte een prettige verblijfplaats te maken voor ‘bewoners’ en gebruikers.

Bij de inventarisatie kwam naar voren dat er veel grond over was van een nabij gelegen bouwproject. Dit bouwproject was net afgerond met voorbelasting. De overgebleven grond is gebruikt voor Hendrik-Ido-Ambacht. Dit was goed voor 75% van wat nodig was voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein. Daarnaast is in het gebied een ondergrondse betonplaat gevonden uit de tweede wereldoorlog. Deze betonplaat is opnieuw gebruikt als fundering voor het ‘beleefplein’, zo komen geschiedenis en de toekomst samen. Een mogelijkheid om jouw eigen inventarisatie uit te voeren, is het platform Insert. Hiermee digitaliseer je je huidige materialen, in combinatie met een GIS-kaart en ontwikkel je een online materialenhub.

2. Doelen en ambities stellen – concretisering.

Op basis van de inventarisatie en visie voor het gebied, stel je doelen en bijbehorende ambities vast. Vervolgens koppel je indicatoren aan de ambities om deze meetbaar en meer tastbaar te maken. Bij Hendrik-Ido-Ambacht zijn doelen opgesteld voor luchtkwaliteit, biodiversiteit, bodem en waterkwaliteit. In 2016 is er een nulmeting uitgevoerd voor deze thema’s. In 2026 wordt de meting opnieuw uitgevoerd en moet een verbetering zichtbaar zijn op de bovengenoemde thema’s. De gemeente Almere koos soortgelijke thema’s voor de circulaire openbare ruimte. Zo heeft de gemeente doelstellingen voor de volgende thema’s: circulair, energieneutraal, natuurinclusief, klimaatadaptief en het stimuleren van voedselproductie.

Per te ontwikkelen locatie kan je dus kijken welke thema’s het meest relevant en/of passend zijn.

Het is aan te raden aandacht te geven aan de kwaliteit van de groeninrichting. Slimme groenvoorziening houdt in dat onderhoudsarm groen ingezet kan worden dat de biodiversiteit versterkt. Maar slimme groenvoorziening levert meer voordelen op voor de openbare ruimte. Denk aan het vergroten van een prettige leefomgeving, tegengaan van hittestress, wateropvang, vergroten van de waarde van het vastgoed etc.

Woon-werktuinen Ambachtsezoom

Kleinschalige ‘woon-werktuinen’ maken het mogelijk in een groene omgeving te wonen en te werken op één plek. Zo zijn zaken en privé makkelijker te combineren en er is geen woon-werk reistijd. Voor veel (kleine) ondernemers is dit een ideale oplossing.

3. Ontwerp: toekomstbestendig met minimale input

De derde stap is het ontwerp van de openbare ruimte. Dit ontwerp is toekomstbestendig met minimale input. Minimale input wil zeggen dat het streven is zo min mogelijk verhardingsmateriaal en inrichtingsmateriaal toe te voegen. Door minimale input na te streven, verlaag je de milieuimpact van de openbare ruimte. Bij Hendrik-Ido-Ambacht is de verharding geminimaliseerd door de toevoeging van een centrale ontsluitings-as. De aansluitende lussen van wegen aan deze ontsluitings-as zijn flexibel. Met toekomstige ondernemers worden gesprekken gevoerd over de grootte en aansluiting van de kavel die men wil kopen. Zo kan je het aanbod aan laten sluiten op de vraag van de ondernemer, draagt het bij aan klanttevredenheid en een gezamenlijk doel. In het midden van de ontsluitings-as wordt een watergang met natuurlijke oever aangelegd.

Dit vergroot de verblijfskwaliteit, mensen ontmoeten elkaar bij het water, lunchen op de aangewezen plekken en verblijven in daglicht.

Bijkomend voordeel is dat er in het totaal minder inrichtingselementen nodig zijn. Daarnaast heeft Hendrik-Ido-Ambacht gekeken naar tijdelijke inrichting van de braakliggende grond, die werd tijdelijke ingericht met bloemenvelden en vlas. Mooi detail is dat Hendrik-Ido-Ambacht een lange historie heeft met vlas, vroeger werd het geproduceerd voor de productie van verfpigment. Minimale input is dus niet toepasbaar voor de groenvoorziening. Bij het ontwerp van de groeninrichting richt je juist op het toevoegen van kwaliteit.

4. Inrichting: duurzame en circulaire input.

Vervolgens kijk je naar inrichting van de openbare ruimte met materialen. In openbare ruimte hanteren we de volgende hiërarchie wat materialen betreft:

  • Levensduur van een materiaal, heel belangrijk voor de openbare ruimte omdat materialen voor een lange periode in de openbare ruimte gebruikt worden en deze hufterproof moeten zijn.
  • Materiaalsoort, de materiaalsamenstelling van producten in de openbare ruimte. De samenstelling is belangrijk om inzicht te krijgen in de milieuimpact van de productie en gebruik van het materiaal. Daarnaast geeft dit inzicht in de mogelijkheden voor mogelijk hergebruik van het materiaal.
  • Een tweede leven waar mogelijk. Per product kan je vastleggen waar deze naartoe gaat als het wordt weggehaald uit de openbare ruimte. Ook kan je kiezen secundaire materialen een tweede leven te geven bij selectie voor de openbare ruimte.
  • Herkomst, waar komen de producten/materialen vandaan? Deze wil je het liefst zo lokaal mogelijk vinden.

Bij Hendrik-Ido-Ambacht werd gekeken naar de keuze van bestrating. Zo is de milieuimpact van klinkers lager dan die van asfalt. Echter, als je de levensduur van klinkers met asfalt vergelijkt, dan moeten klinkers vele malen vaker vervangen worden in vergeleking met asfalt vanwege de belasting van zwaar verkeer door Hendrik-Ido-Ambacht. Daarom koos men voor asfaltbestrating.

Deze keuzes leveren veel interne discussie op en discussie met ondernemers. Om hier duidelijkheid in te scheppen, stelde OD205 een handboek circulariteit voor de ondernemers op. Dit handboek is opgedeeld in de lagen van het gebouw en omliggend terrein. Het handboek geeft daarnaast de mogelijkheden weer wat op het gebied van duurzaamheid en circulariteit in het gebouw en op de kavel zelf mogelijk is. Zo wordt de ondernemer en zijn keuzes een verlengde van de ambities van het hele gebied en versterken ze elkaar.

Bij bedrijventerrein De Steiger (het oudste bedrijventerrein van Almere) is de openbare ruimte opnieuw aangelegd. Zo is de infrastructuur aangelegd in samenwerking met een groene betoncentrale. Hier wordt puin verzameld en vermengd met biomassa, zo legde de gemeente Almere de openbare ruimte aan. Daarnaast zijn de speelplekken circulair met hout. Ook zijn bankjes geplaatst gemaakt van waterplanten. Bij de herinrichting van de openbare ruimte van de Steiger was er een sterke wens voor een ontmoetingsplek.

Wedstrijd

De gemeente Almere zag de meerwaarde van in om bedrijven te enthousiasmeren en werknemers te stimuleren om naar buiten te gaan en elkaar te ontmoeten bij deze nieuw te ontwikkelen plek.

Een wedstrijd werd uitgeeschreven voor de invulling van de circulaire ontmoetingsplaats. Gemeente, bewoners en bedrijven kozen de winnaar, het winnende idee van een aantal lokale ondernemers won, te zien in dit filmpje.

Hoe beheer je de circulaire openbare ruimte?

De volgende fase van de openbare ruimte is het beheer. Dit is de laatste stap van het circulair ontwerpplan. Meestal is beheer niet geïntegreerd in het ontwerpplan. Om circulariteit te integreren in het ontwerpplan en ook daarna de vruchten te plukken van gemaakte keuzes, is het aan te raden beheer mee te nemen in het ontwerpplan. Dit is van belang omdat het beheer van materialen en inrichting mede bepaalt hoe circulair de openbare ruimte is. Als materialisatie demontabel wordt aangelegd, maar in de beheerplannen wordt nergens opgenomen hoe je hiermee om kan gaan, dan weet de beheerder vaak niet of beperkt hoe deze eenvoudig te vervangen zijn.

5. Circulair beheerplan

Het beheerplan bestaat uit het vastleggen van een tweede leven voor alle producten en materialen in de openbare ruimte. De openbare ruimte kan je zien als een grondstoffendepot voor het herbestemmen van materialen en om tijdig onderhoud in kaart te brengen. Bij Hendrik-Ido-Ambacht is per product aangegeven hoe deze een tweede leven kan krijgen. Zo gaan de lantarenpalen terug naar de producent en kan het vlas van de tijdelijke begroeiing naar de lokale verffabriek als pigment.

Bij de gemeente Almere is een beheerplan opgesteld aan de hand van de vijf thema’s voor de openbare ruimte. De gemeente Almere is bezig met het faciliteren van een digitale vindplaats van alle materialen in de openbare ruimte. Daarnaast kijkt Almere naar een locatie om materialen uit de openbare ruimte tijdelijk te kunnen opslaan als herbestemming niet direct mogelijk is.

Het platform Insert kan faciliteren in het herbestemmen van materialen en producten. Insert digitaliseert de grondstoffen en materialen, dit geeft een circulaire kansenkaart. Insert legt per grondstof en materiaal specifieke kenmerken vast. Denk dan aan locatie, kwaliteit, fysische kenmerken en afmetingen. Daarnaast legt Insert vast op welk niveau het materiaal hergebruikt kan worden volgens het R-model (recyclebaar of refurbished). Deze data combineert Insert met GIS.

Hiermee wordt in 3D vastgelegd waar het materiaal zich bevindt in de openbare ruimte. De specificaties van de grondstoffen en materialen zijn op een dergelijke manier opgesteld, dat deze ook ingevuld kunnen worden in een grondstoffenpaspoort, zoals Madaster. Daarnaast kan je aan de hand van alle gegevens berekeningen uitvoeren, zoals hoeveel CO2-uitstoot en stikstofuitstoot wordt bespaard door het hergebruik van secundair materiaal.

Hoe borg je de circulaire openbare ruimte?

De borging van de openbare ruimte kan op verschillende wijzen. Zo heeft de gemeente Almere de circulaire werkwijze vastgelegd in de nieuwe visie op de openbare ruimte en in de leidraad ‘inrichting openbare ruimte voor beheerders en gebiedsontwikkelaars’.

Daarnaast is contract(management) belangrijk bij het borgen van de circulaire openbare ruimte. De gemeente Almere wil de juiste vraag stellen bij de aanbesteding van de circulaire openbare ruimte. Als laatste: door de inrichting van de openbare ruimte op te pakken met lokale bewoners en gebruikers, wordt het beheer beter geborgd. Zo ervaart men eigenaarschap over de ruimte.

Presentatie OD205

Presentatie Insert

Presentatie De Steiger